Amsterdam City Index 2024 | 8 interviews: Ludo de Jong, Cluster general manager Tivoli Doelen Amsterdam
Ludo de Jong | Cluster General Manager
Tivoli Doelen Amsterdam: het oudste hotel van Amsterdam met een geschiedenis die teruggaat tot de middeleeuwse Kloveniersdoelen, waarvoor Rembrandt zijn Nachtwacht schilderde en waar dit meesterwerk zeventig jaar lang hing.
Mooiste initiatief in de stad: “de hosts bij de Zeedijk die extra aanvulling bieden op het toezicht op veiligheid wat vooral nu bij de Zeedijk helaas geen overbodige luxe is.”
Als grote werkgever in de stad ziet hij dat het voor veel medewerkers te duur is om in de stad te wonen. Om nieuwe generaties klaar te stomen voor de gastvrijheidsindustrie leiden ze zelf talent op in samenwerking met roc’s en hotelscholen.
Meer handhaving
“Met Rembrandt van Rijn als buurman (van 1635-1637) kun je je voorstellen dat ieder hoekje van dit hotel zoveel geschiedenis ademt. We zien het ook als onze taak om het met onze gasten te delen. Amsterdam heeft zoveel moois te bieden voor elke gast, door de culturele instellingen, horecaondernemers of kleine zaakjes die echt een niche vormen. De campagne om bepaalde toeristen te weren roept wat mij betreft een verkeerd gevoel op. Ik kan me voorstellen dat mensen daardoor denken: ik moet dus niet naar Amsterdam want daar lopen zulke toeristen rond. In mijn ogen is het meer een kwestie van handhaving dan de manier van communiceren nu.”
Altijd in overleg
“Wat ik ervaar bij de gemeente is dat er veel overlegorganen zijn. Best vaak praten we mee over een aantal onderwerpen en leveren we onze input met zorg. Het type gast dat we naar de stad brengen, kan een verrijking zijn. Denk maar aan congressen waarop kennis gedeeld wordt. In een luxehotel vind je de bezoeker met meerwaarde en niet de dronken toerist op een bierfiets. Een genuanceerd beeld is dan ook belangrijk. We blijven telkens met de stad in overleg gaan om samen naar verbeteringen te werken. Het is natuurlijk ook niet zo dat wij uiteindelijk alles willen veranderen. Een belangrijk punt voor ons is mobiliteit. We weten van andere steden waar wij ook hotels hebben dat een autoluwe binnenstad mogelijk is. Alleen is de weg ernaartoe lastig.”
Schiet doel voorbij
“De Weesperknip was een moeilijk moment voor ons. Je wil als hotel, maar ook als straat en wijk, bereikbaar zijn. Niet enkel voor hotelgasten maar ook voor de hulpdiensten bijvoorbeeld. Er werden meerdere vluchten gemist door de langere reistijd. Het experiment begrijp ik. Net als dat ik het beleid rondom touringcars begrijp. Echter, het is jammer dat het soms zijn doel voorbijschiet. Als we bijvoorbeeld een galadiner hebben waar iedereen tegelijk moet aankomen, zetten we nu kleine busjes in, wat het aantal bewegingen in de stad en de belasting uiteindelijk groter maakt dan met een grote bus.”
Slim kentekensysteem
“Voor de autoluwe stad vind ik het heel belangrijk dat bestemmingsverkeer nog mogelijk is. In andere landen zie je het gebruik van slimme kentekensystemen. Bijvoorbeeld in steden als Rome of Florence. Wie woont of werkt in het gebied kan dan gewoon doorrijden. In ons geval registreren de hotelgasten zich zodat ze toegang krijgen. Op een of andere manier lijkt dat hier in Amsterdam erg moeilijk om voor elkaar te krijgen. Ook een puntje trouwens: navigatiesystemen die niet up-to-date zijn. Dat horen we heel vaak en het wordt dan heel lastig het hotel te bereiken.”
Lokale leveranciers
“Sommige leveranciers brengen op de fiets hun producten. Doordat we echt lokale leveranciers selecteren, proberen we het milieu zo min mogelijk te belasten. We werken nu samen met een collectief van andere hotels, waaronder enkele concurrenten, om oplossingen te vinden voor de leveringen van de groothandels. Dit doen we om Gemeente Amsterdam te helpen hun doelstellingen te bereiken. We hebben namelijk meestal dezelfde leveranciers. Nu hebben we net buiten Amsterdam een hub gecreëerd waar de spullen gebracht worden en vanuit die positie gaat het naar verschillende hotels in het centrum. Het staat nog in de kinderschoenen maar wij denken dat het de toekomst is en op die manier dragen we ons steentje bij.”